Donderdag 20 juni 2024 nam prof. dr. Tinka van Vuuren bij de Open Universiteit afscheid als bijzonder hoogleraar in het Strategisch Human Resource Management, in het bijzonder Vitaliteitsmanagement. Deze leerstoel werd in 2010 ingesteld met financiering van a.s.r./Loyalis. In haar afscheidsrede keek ze terug op 40 jaar onderzoek naar duurzame inzetbaarheid. Hoe heeft haar onderzoek bijgedragen aan het inzicht in duurzame inzetbaarheid? En welke interventies helpen om duurzame inzetbaarheid te versterken?
Wat wil je later worden?
Van Vuuren: ‘Als kind krijg je regelmatig de vraag gesteld: ‘Wat wil je later worden?’ Als je ouder wordt, krijg je die vraag bijna niet meer. Dat is jammer. Het is belangrijk dat je jezelf regelmatig die vraag blijft stellen: wat wil ik later worden? Nadenken over je toekomst helpt je namelijk om in beweging te komen en de regie te nemen. Je kunt nú dingen doen – en laten – die ervoor zorgen dat je gezond, productief en met plezier aan het werk kunt zijn en blijven.’ Kernbegrip hierbij is duurzame inzetbaarheid: gezond, productief en met plezier het huidige én toekomstige werk kunnen en willen uitvoeren.
Niet alleen voor oudere werknemers
Dat begrip ‘duurzame inzetbaarheid’ is zo’n 15 jaar geleden gangbaar geworden. Een belangrijk moment was een SER-rapport uit 2009. Daarin speelde het begrip een centrale rol. Kort daarop, in 2010 werd Van Vuurens bijzondere leerstoel ingesteld en haar oratie in 2011 draaide om duurzame inzetbaarheid. Van Vuuren: ‘Tot die tijd hadden we het bijvoorbeeld over leeftijdsbewust personeelsbeleid: het draaide om het binnenboord houden van de oudere werknemer. De kern van duurzame inzetbaarheid is nou juist dat je niet moet wachten tot een werknemer ouder wordt. Het is vanaf dag 1 van belang dat werknemers nadenken over wat ze ‘later willen worden’. Want dan kunnen ze vanaf dag 1 dingen doen – of laten – om later gezond, fit en met plezier aan het werk te blijven.’ Overigens: terwijl in Nederland deze insteek en het begrip duurzame inzetbaarheid inmiddels behoorlijk bekend zijn, is dat in het buitenland minder het geval. Dat maakt internationaal publiceren hierover wel eens lastig.
40 jaar onderzoek naar bouwstenen van duurzame inzetbaarheid
Van Vuuren heeft vanaf het begin van haar loopbaan onderzoek gedaan naar onderwerpen die nu bouwstenen blijken te zijn van duurzame inzetbaarheid: vitaliteit, werkvermogen, employability. In haar afscheidsrede kijkt ze aan de hand van enkele tegeltjeswijsheden terug op een aantal bevindingen. Bijvoorbeeld ‘Beter de zekerheid van ellende, dan de ellende van onzekerheid’, Bij ontslagdreiging gaan mensen niet harder werken, maar wel harder praten’, ‘De baas en ziekte, ziekte de baas’, ‘Leeftijd is een getal, geen beperking’.
Kruisbestuiving theorie en praktijk
Terugkijkend op die 40 jaar benadrukt Van Vuuren dat ze altijd heel bewust bezig is geweest met het dichten van de kloof tussen theorie en praktijk. ‘Ik heb altijd geprobeerd met één been in de wetenschap en één been in de praktijk te staan. Ik wilde goed toegepast onderzoek doen naar de praktijk van alledag en dat vertalen in praktisch toepassingen.’ Dat streven blijkt ook uit het antwoord op de vraag waar ze de meeste voldoening uit heeft gehaald. ‘We hebben bijvoorbeeld voor bedrijven in de energie- en nutssector een app gemaakt waarmee werknemers door vragen te beantwoorden bewust werden gemaakt van wat ze nu doen voor hun duurzame inzetbaarheid en wat ze in de toekomst willen. Daar was ook een onderlinge competitie aan verbonden, maar belangrijker is dat ze met de uitkomsten in gesprek kunnen met hun leidinggevende. En we hebben voor een verzekeraar een eigen regiemodel op gezondheid ontwikkeld dat handvatten geeft om hierover het gesprek aan te gaan. Je wilt immers dat werknemers eigen regie nemen over hun toekomst maar tegelijkertijd wil je ze nergens toe dwingen.’
Blijf loyaal aan je latere zelf
Van Vuurens afscheidsrede eindigt met een reeks tips voor werkgevers en tips voor werkenden. Gevraagd naar dé boodschap die ze mee wil geven, verwijst Van Vuuren naar de titel van haar afscheidsrede: Blijf loyaal aan je latere zelf. Denk na over later en neem nu stappen voor later. En voor werkgevers: beoordeel mensen niet alleen op hoe ze nu werken, maar óók op wat ze nu doen en laten met het oog op hun latere zelf. En bied hen als werkgever ook mogelijkheden om aan hun toekomst te werken. (bron: Open Universiteit)